Indira

Indira

Indira Tineo Liriano (Santo Domingo, Dominicaanse Republiek, 1971)

“Op 14 februari 1991 kwam ik op mijn twintigste naar Nederland, mijn broertje achterna. Hij was al eerder naar de Bijlmer vertrokken.
Een van onze tantes woonde met haar man in Nederland en zij wilden wel garant voor ons staan. Het liefste waren we bij mijn moeder en andere broertje gebleven, maar de vooruitzichten op een studie en werk waren er gewoon niet. Ik kom uit een arm gezin. Nu wonen wij gelukkig hier en mijn moeder met ons broertje zelfs in New York.

Ontslag en zieke baby
Hier in Amsterdam leerde ik via de kerk de Nederlandse taal. Daarna mocht ik ook een poosje naar een taalschool op de Weesperstraat. Niet lang daarna begon ik aan een baantje in de schoonmaak.
In 1997 werd mijn dochter geboren en in 2001 mijn zoon. Beide kinderen zijn van dezelfde vader. Helaas liep de relatie al voor de geboorte van mijn zoon stuk. Ineens was ik in een alleenstaande moeder met een pasgeboren baby. Tot overmaat van ramp verloor ik mijn baan in een fabriek voor gehoortoestellen en bleek mijn zoon ook nog eens zwaar allergisch voor zo’n beetje alles. Hij hield niets binnen. Hij kon niet tegen stof en kleding en hij kreeg overal uitslag en ontstekingen. Het werd zelfs zo erg dat ik tijdelijk ben terugverhuisd naar Santo Domingo. Daar bleek dat hij ook een nierontsteking had en aan de zware medicijnen moest.
Dit was een zware tijd hoor. Gelukkig kon hij daarna in Nederland een paar keer geopereerd worden en gaat het nu stukken beter met hem. Hij is nu een grote jongen aan het worden en ook al heeft hij last van migraine, hij zit net als zijn zus op het Atheneum. Ik ben blij met de kansen die hij krijgt. Mijn dochter wil nu gaan studeren. Ik hoop dat zij de kans gaat pakken die ik in de Dominicaanse Republiek niet kreeg.

Depressie
Met mij persoonlijk is het na de geboorte van mijn zoon niet altijd even goed gegaan.
Ik kreeg last van depressieve klachten en zware hoofdpijnen. Daardoor heb ik lange tijd stevige medicatie gebruikt. Gelukkig heb ik nooit langdurig stilgezeten. Altijd waren er wel betaalde projecten via DWI en Pantar en deed ik ook veel vrijwilligerswerk. Ook heb ik cursussen gevolgd, met name in de catering. Koken is een van mijn grootste hobby’s.
Toch ontstonden er de afgelopen jaren vervelende schulden. De oorzaak is eigenlijk best wel triest, want van nature ben ik helemaal geen onverantwoordelijk persoon. Toen de vader van mijn kinderen mij tijdens mijn tweede zwangerschap verliet, had ik nog werk en woonden we in een soort van pension. Omdat ik mij daar formeel niet mocht inschrijven, kon ik geen uitkering aanvragen. Dan maar via Woningnet reageren dacht ik toen, maar daar kreeg ik geen woning. Ondanks mijn lange inschrijfduur. Ik had namelijk geen vaste inkomstenbron. Ik ben toen echt tegen de muren van het systeem aangelopen. In die tijd heb ik ook wel veel ruzie gemaakt. Ik ben zelfs een keer uit het gebouw van Woningnet gezet. Maar ik was ten einde raad! Gelukkig was er toen iemand bij Woningnet die mij toch een contract wilde geven. Daarmee kon ik naar DWI gaan. Binnen een dag had ik mijn uitkering aangevraagd en kon ik verhuizen.

Koken en Samen Kappen
En zo kwam ik twee jaar geleden bij BuurtWerkKamer De Handreiking terecht.
Hoe dat zo kwam? Ik deed mee aan Samen Kappen in Kraaiennest. Toen zij verhuisden naar De Handreiking in de H-Buurt ging ik graag mee. Niet in de laatste plaats omdat ik ook hier in de wijk woon.
In de Handreiking werd ik heel fijn opgevangen en begeleid door coördinator Jennifer. Wat een verademing! Zij belde mij rustig iedere keer opnieuw op om te vragen waarom ik er niet was. Ze bleef altijd rustig en informeerde naar mijn hoofdpijn en zei dan altijd: “Okay, als je hoofdpijn weer voorbij is, kom je dan weer naar De Handreiking?” En dat hielp. Ik voelde me weer gezien en gewaardeerd. Nu help ik anderen met hun haar en ik kook voor de buurt. En ik heb nog veel meer plannen.

Nieuwe start
Voor mijn gevoel maak ik hier in de BuurtWerkKamer een nieuwe start. En het grappige is dat ik nu doe bij mensen wat Jennifer in het begin bij mij deed. Ik bel mensen op en vraag hoe het met ze gaat. En dan nodig ik ze uit vooral weer terug te komen. Door de Handreiking heb ik ineens contacten en vriendschappen met mensen uit Ghana, China, Nederland zelf, Suriname en nog een heleboel andere landen en culturen. Een nieuwe wereld is letterlijk voor me open gegaan.
En wat het nog mooier maakt; ik ben bijna helemaal verlost van mijn hoofdpijnen en mijn depressieve gevoelens. Dat heb ik echt te danken aan de BuurtWerkKamer.”

Tekst: Juriaan Otto
Foto: Carlien Oudejans